‘‘Antropoloog Uitgelicht’’ is een reeks columns
vanuit de Antropologen Beroepsvereniging
(AbV) waarin elke aflevering een andere
Antropoloog uitgelicht. Hiermee bieden we
meer inzicht in de diverse werkterreinen
waarin antropologen actief zijn.
Geschreven voor Vita Brummelhuis
Vandaag bespreken we Lianne Quax, een
antropoloog met aannemers- en
timmerdiploma’s op zak. In ons gesprek met
Lianne wordt duidelijk dat ze een brede,
mensgerichte benadering als essentieel
beschouwt voor het succes van technische
projecten. Als antropoloog heeft ze haar plek
gevonden in de bouw, een omgeving waarin ze
zich al sinds haar jeugd thuis voelt. Naast de
passie voor praktisch timmerwerk, zet Lianne
zich in om veranderingen in de sector teweeg te
brengen, zoals het streven naar het gebruik van
bouwenmethoden met een verminderde milieu
impact en meer aandacht voor de omgeving.
Studieloopbaan
Lianne erkent dat zij, ook nu, nog zoekende is:
verbreden of verdiepen, praktisch of theoretisch,
vooruitlopen of implementeren. Het liefst doet
zij het allemaal. Dit zie je ook terug in haar
studieroute. Na een theoretisch eerste jaar aan
de Universiteit van Amsterdam (UvA) behaalde
zij haar propedeuse Culturele Antropologie. De
behoefte tot praktische inzet van kennis,
zichtbaar resultaat en werken met en tussen
mensen in plaats van erover lezen overtuigde
haar ervan om de studie af te breken. Lianne
koos voor werken en leren in de bouwsector.
Eerst als timmerkracht en later in diverse
functies op kantoor.
Na vijf jaar had zij zowel haar timmer- als
aannemerspapieren op zak én was zij meer en
meer gefascineerd geraakt door de
bouwcultuur. Mede door haar antropologische
‘bril’ zag zij de ingesleten patronen,
machtsverhoudingen, jargon,‘gewoontes’ en
rituelen steeds scherper. Lianne besloot terug te
gaan naar de UvA en rondde zowel haar
bachelor als master in Antropologie af door de
bouwsector onder de loep te nemen.
Masterscriptie
Lianne was vastbesloten om een dieper inzicht
te krijgen in de diverse dynamieken binnen de
bouwindustrie. Denk aan externe relaties tussen
de overheid, opdrachtgevers, aannemers,
installateurs en architecten, evenals interne
relaties binnen aannemersbedrijven tussen
medewerkers, teamleden en verschillende
afdelingen. Haar masteronderzoek focuste op
veranderingen in werkpatronen, taakverdeling
en verantwoordelijkheden binnen de
bouwindustrie, met aandacht voor thema’s zoals
digitalisering en de economische crisis.
Dergelijke veranderingen kunnen op diverse
plekken in de bredere keten en het bouwproces
wrijving of uitdagingen veroorzaken.
Gedurende haar onderzoek werkte zij op kantoor
en op de bouwplaatsen. Ze observeerde en sprak
niet alleen met de werknemers, maar pakte ook
zelf de bouwtekeningen, accutol en hamer ter
hand. Dit bood haar de kans om de oorzaken van
de frictie te doorgronden, de dynamiek van de
organisatie in kaart te brengen en mogelijkheden
tot verbetering te verkennen. Na het afronden van
haar masteropleiding, begon Lianne te zoeken
naar een werkgever binnen de bouwsector die
haar verlangen naar innovatie kon vervullen en
bereid was om nieuwe perspectieven te
verwelkomen.
Werkervaring
Destijds vond Lianne haar eerste baan bij een
grote landelijke aannemer waar zij zich stortte op
een scala van thema’s: wonen in het
aardbevingsgebied, verbouwen in multiculturele
wijken, laagdrempelig technisch communiceren
met bewoners en vice versa laagdrempelig niet-
technisch communiceren met het uitvoeringsteam,
fabrieksmatig geproduceerde woningen,
ontwikkeling en toepassing van nieuwe
materialen.
De onderwerpen waren divers en soms meer of
minder technisch. De rode draad bleef de
maatschappelijke relevantie en menselijke
invalshoek, zowel intern bij de aannemer als
extern bij opdrachtgevers of gebruikers van de
gebouwde en verbouwde panden. Met name de
innovatieve thema’s trokken haar aandacht. Die
schudden immers de gevestigde orde op. Waar
eerder digitalisering en de energietransitie in de
bouw hiervoor zorgden, betrof dit de afgelopen
jaren de materialentransitie. Lianne maakte de
overstap naar een adviesbureau, Alba Concepts.
De bouwsector gebruikt veel materialen én
produceert ook veel afval. Iedereen kent het beeld
van vele afvalcontainers rond een bouwlocatie.
Dat dit ook anders kan én moet, is de laatste jaren
steeds meer doorgedrongen. Het gaat dan niet alleen om de tastbare
materialen, maar ook om het proces ernaartoe:
waar komen de grondstoffen vandaan, zijn deze
technisch of natuurlijk van oorsprong, hoe wordt
er geproduceerd, met hoeveel productieverlies,
op welke temperaturen, met welke brandstof,
hoe wordt het vervoerd, hoe verwerk je het in
het pand et cetera. Al die stapjes worden in
beeld gebracht om de milieu impact van een
materiaal en indirect daarmee een geheel
gebouw in beeld te brengen. Dit alles ten doel
om de CO2-uitstoot terug te dringen en de
opwarming van de aarde te remmen en liefst te
keren.
Op weg naar een circulaire economie
De recente COP28 in Dubai zette het onderwerp
in de spotlights, maar gelukkig wordt er op
Europees, Nederlands, regionaal, gemeentelijk én
organisatie- en projectniveau al langer op
gestuurd. Niet voorbehouden aan de bouwsector
ligt de oplossing in het circulair werken: zuiniger
zijn op wat je al hebt, gerichte materiaalkeuzes
maken en zodanig ontwerpen dat iets ook weer
los kan of te repareren is. Dat is anders, dus
spannend en raakt aan alle niveaus en schakels in
het proces. De gevestigde orde wordt weer
opgeschud: een mooi speelveld voor een
antropoloog!
Je ziet dat dit voor onrust zorgt en dat er binnen
de keten behoefte is aan vertrouwde richtlijnen.
Sommigen zoeken houvast in bekende gebieden,
zoals (landelijke) wet- en regelgeving, juridische
kaders, rekenregels, concrete cijfers over CO2-
uitstoot en bijbehorende kosten. Anderen
daarentegen willen graag versnellen. Zij
onderzoeken of de normen al scherp gesteld
kunnen worden, verkennen de mazen in de wet,
voeren praktijktesten uit en enthousiasmeren
gelijkgestemden in de keten. Weer anderen
wachten af vanaf de zijlijn.
Wat Lianne prettig vindt om te zien, is dat de
bereidheid tot verandering breed in de sector
groeit. Opdrachtgevers van bouwprojecten sturen
aan op meer circulair bouwen, aannemers zien in
de praktijk dat de normen inderdaad strakker
kunnen, meetinstrumenten voor de circulaire
economie worden geoptimaliseerd en milieu
impact wordt opgenomen in business cases.
Alba Concepts acteert op al deze gebieden. Zij
kleurt bewust buiten de lijntjes en ondersteunt
partijen die circulariteit ook in hun organisatie of
projecten willen integreren. Zo zit Lianne
tegenwoordig niet alleen aan meer aan tafel bij
en namens de aannemer. Maar zijn zij en haar
collega’s ook werkzaam bij gemeentes,
woningbouwverenigingen en
onderwijsinstellingen. Dat kan door het helpen
opstellen van een organisatiestrategie en
bijbehorende marktbenaderingen, het meten van
de milieuscores, het vertalen van een circulaire
wens tot een praktische materiaalkeuze of
bouwwijze én het delen van kennis.
Toegevoegde waarde van antropologie in de bouw
Tijdens de 15 jaar aan werkervaring in de
bouwsector realiseert Lianne zich dat
antropologische visie en onderzoeksmethoden
van meerwaarde is:
‘‘De bouwsector lijkt voor de buitenstaander een
gesloten en traditioneel ingestelde wereld met
afgebakende werkvelden: zoals installateurs,
architecten, opdrachtgevers en opdrachtnemers.
Als je echter langer kijkt zie je dat deze wereld
veel diffuser en warmer is. Ze staat zeker open
voor verandering, zoals de overstap naar circulair
werken, maar heeft – passend bij het diffuse
karakter en uiteenlopende tempo’s – behoefte
aan op maat gemaakte ondersteuning en
oplossingen. Voor de een is dit een introductie
met praktijkvoorbeelden of juist theoretische
verdieping in de materie, voor de ander een
analyse van de milieu-impact en kosten. Terwijl
een volgende graag de aanbestedingscriteria
onder de loep neemt of haar interne organisatie
meer circulair wil inrichten. Het schakelen tussen
verschillende perspectieven is van meerwaarde.’’
Lianne is blij om te zien dat de paradigma
verschuiving richting een circulaire economie
binnen de bouwsector steeds meer vorm krijgt
door het gehele bouwproces heen, op alle
schakels binnen de keten én dat dat steeds vaker
gezamenlijk gebeurt. Zo ondertekenden recent
een grote groep opdrachtgevers,
opdrachtnemers, woningcorporaties,
adviesbureaus en semioverheidsinstellingen Het
Nieuwe Normaal 1.0. Hiermee erkenden zij een
eenduidige taal en bijbehorende haalbare én
ambitieuze prestaties op circulair bouwen.
Antropologen weten dat het spreken van een
gemeenschappelijk taal, toegang tot kennis en
het erkennen van ‘een norm’ essentieel zijn om in
rustig(er) vaarwater te komen. Dit is dus oprecht
een hele stap voorwaarts!
Aan het einde van het gesprek vertelt Lianne blij
te zijn om steeds vaker antropologen te treffen in
haar werkveld:
‘’Ik ben blij dat ik zowel bij grote als kleine
gemeentes, circulaire adviesbureaus, circulaire
kennis- en onderzoeksinstellingen steeds
frequenter mensen met een antropologische
achtergrond tegen kom. De erkenning van de
menselijke hand en maat in de gebouwde
omgeving gaat deze echt nog verder vooruit
helpen. Met enkel technische kennis kom je er
niet. Het draait om het aangaan van dialogen, het
samenwerken met mensen en de gevestigde orde
blijven bevragen.’’
Meer weten over gedragsverandering rondom
circulair werken?
De TU Delft en de VU bundelden hun krachten en
ontwikkelden vanuit onderzoekstraject TranCiBo
een interventietoolbox. Deze geeft concrete
handvaten om circulariteit te implementeren in
projecten van organisaties.