Eva Schouten durfde het aan om zich voor Antropologen.nl te verdiepen in het trending topic ‘cultural appropriation’. Lees in dit blog haar persoonlijke ervaringen met cultural appropriation en meng jezelf in een actuele discussie die op veel verschillende niveau’s gevoerd wordt.

 

‘Cultural Appropriation’. Ik weet nog precies dat ik dit woord voor het eerst te horen kreeg. Er was een verhitte discussie gaande tussen twee vrienden. Als antropologiestudent had ik al menig college over ‘othering‘ gevolgd en toch ging het in mijn hoofd van “Appropri-wattes?”.  Ik besloot dus wijs mijn mond te houden en thuis ging ik meteen op onderzoek uit (hulde aan Google). Ik leerde van The Oxford English Dictionary:

“Cultural Appropriation is a term used to describe the taking over of creative or artistic forms, themes, or practices by one cultural group from another. It is in general used to describe Western appropriations of nonWestern or nonwhite forms, and carries connotations of exploitation and dominance.” [1. The Concise Oxford Companion to English Literature.]

Ik zal eerlijk zijn, toen ik deze term leerde pleitte ik mezelf meteen onschuldig. Ik ben toch redelijk cultureel onderwezen en ik verkleed me überhaupt bijna nooit buiten mijn ‘eigen’ cultuur… Oh, behalve met carnaval dan, ik verkleedde me een keer als Pocahontas. Nooit over nagedacht, maar natuurlijk is het redelijk respectloos om in een indianen outfitje rond te dansen als een blij ei zonder ooit stil te staan bij de strijd die indianen voeren. Indiaan zijn is over het algemeen alles behalve een feestje en veel van de kledij is enkel toepasselijk bij speciale ceremonies. Inmiddels zijn indianentooien dan ook op veel festivals verboden. Niet meer doen dus, Eef.

Maargoed, dat zou dan toch mijn enige overtreding zijn? Mijn dagelijkse kleding is immers echt niet zo bijzonder en het komt gewoon uit reguliere winkels? Niet dus. Toen ik 14 was kocht ik Doorknockers‘ bij de Bijenkorf. Dat zijn dikke, vaak gouden oorringen die van zo’n gewicht zijn dat je er op oldskool wijze mee op een deur kunt rammen. Ik wist altijd al dat Doorknockers hier eigenlijk niet helemaal voor gemaakt waren, maar verder dacht ik er niet over na. Al mijn vriendinnen vonden deze immers cool.

Nader onderzoek laat zien dat Doorknockers onderdeel zijn van ‘Chola’, een specifieke subcultuur van eerste en tweede generatie Mexicaans-Amerikaanse meisjes in de jaren ’60, vaak gerelateerd aan bendes. Uit dit artikel van Vice blijkt dat er veel meer achter deze look schuilt dan je misschien zou denken, zo kwam het met name voort uit rebellie tegen de fysieke onderdrukking van Mexicanen in Zuid California.[2. De achtergrond van de ‘Chola’ kun je in dit Vice-artikel geschreven door Barbara Calderón-Douglass  lezen: http://www.vice.com/read/the-history-of-the-chola-456 ] Doorknockers werden vervolgens bij het brede publiek bekend door de Hip Hop, een muziekstijl die voortkwam uit ‘black struggle’, geuit in muziekstijlen als jazz en blues door Afro-Amerikaanse muzikanten en werd geput uit de frustratie over de onderdrukking van de dominante witte cultuur. Klanken van muziek zijn dan ook direct gebaseerd op slavenliederen (lees voor meer informatie hierover de recensie over Rhythm and Roots door Ruben Reus). Toen Hip Hop populairder werd, ging ook de stijl en kleding van de performers de wereld rond. Amanda Stenberg geeft eenzelfde voorbeeld in dit filmpje over ‘cornrows’ – een bepaald soort haarvlecht:

Waar cornrows, net als Doorknockers, eerst bij een subcultuur hoorde verscheen het met de globalisering van Hip Hop op high fashion catwalks, enkel gedragen door blanke meisjes. Ook stijliconen als Kim Kardashian werden geprezen om de gevlochten haarstijl. Vaak werd er echter de naam ‘boxerbraid’ aan gegeven, met als gevolg dat de herkomst van de vlecht volledig buiten beschouwing bleef. Overal gingen meisjes boxerbraids dragen met als referentie: Kim K. Dit terwijl de haarstijl van origine gebruikt wordt om kroeskullen netjes te houden en de vlechten zijn dan ook een eeuwenoude Arikaanse traditie. In zekere zin gaan de vlechten dan ook meer om noodzaak dan het uiterlijk, want de wereldwijde dominante cultuur heeft stijl haar immers als norm. Meisjes met kroeshaar worden regelmatig beoordeeld op kroeshaar omdat het wordt gezien als rommelig en onverzorgd.  Vorige week nog werden meisjes op Pretoria Girls High in Zuid-Afrika opgelegd hun haar te stijlen. Maar ook in Nederland speelt dit probleem: op een Afrikaans festival in Amsterdam (Citizens of Alkebulan) sprak een panel over cultural appropriation. De meisjes ervaarden regelmatig tegenstand voor hun haarstijl en werden op werkplekken gevraagd hun haar te temmen.

Cultural appropriation is dus niet hetzelfde als cultural exchange doordat er sprake is van een ongelijke machtverhouding waar de leden van een dominante cultuur elementen overnemen van de onderdrukte groep. In andere woorden:

“Appropriation occurs when bodies, typically white, popularize styles that didn’t originate with them, across a matrix of power: the power of visibility, the power to define what is ‘ethnic’ in the market. The gains that follow are reserved for the appropriator, not the appropriated.” [3. Blog door Fiona Duncan en Anna Soldner op Bulletmedia.com.]

Er kan zelfs sprake van uitbuiting zijn wanneer de dominante groep de stijl toe-eigend en er in het extreemste geval zelfs geld aan verdient. Op catwalks worden haarstijlen uit subculturen als Chola en cornrows regelmatig overgenomen zonder een enkele vorm van verantwoording. Van iets eeuwenouds als cornrows of etnische printjes op kleding wordt een ‘trend’ gemaakt waar vervolgens miljarden mee verdiend worden. Dit is te relateren aan de marxistische notie van ‘Class Appropriation’, waarbij de dominante group selecteert en bepaalt wat ‘high culture‘ is.[4. The Concise Oxford Companion to English Literature.] De machtsverschillen maken dit zo crue, omdat het betekent dat mensen die onderdeel zijn van de dominante cultuur, bepaalde privileges hebben waarmee ze zich positief kunnen positioneren. Denk bijvoorbeeld aan een Kim Kardashian die geprezen wordt om een haarstijl, waarvoor afro-amerikaanse meisje geen baan weten te krijgen. Hetgeen wat ‘ghetto‘ is voor de één is ‘chic’ voor de ander.[5. TheAtlantic.com.]

Het blijft lastige materie. In een wereld dat eeuwig met elkaar in verbinding staat is het moeilijk op een juiste manier mensen ‘credit’ te geven voor artistieke vormen en praktijken en dit speelt niet alleen bij modetrends. We weten niet altijd wie wie inspireert. Belangrijk is het dus om verder te kijken dan het winkel labeltje of een instagramfoto en afkomst  en machtsrelaties te onderkennen. Ik denk – maar genoeg mensen zullen er anders naar kijken – dat het niet verkeerd is iets te dragen wat je leuk vindt, of het nou cornrows, azteken printjes, dreadlocks of crop tops zijn, maar het is belangrijk om je te verdiepen in de afkomst en: “always have your privilege checked“. Wanneer je je verdiept in hetgeen je (uit)draagt en waardering toont voor de afkomst, maak je een shift van appropriation naar appreciation.

Bronnen: