Dit jaar viert de Radboud Universiteit het 65-jarig bestaan van de Nijmeegse Culturele Antropologie. In het kader van dit jubileum presenteert Henk Driessen vandaag het boek: ‘Het hart van de wetenschap. Over de waarde van veldwerk’. Veel mensen zien antropologie als een stoffige, verouderde discipline en bij veldwerk wordt er gedacht aan in de rimboe werken in primitieve omstandigheden. Met dit boek wil Driessen laten zien dat antropologie een vakgebied is waarbinnen vernieuwing wel degelijk een grote rol speelt.
Culturele antropologie heeft zich ontwikkeld van een speurtocht naar de evolutionaire ontwikkeling van de mens naar een moderne discipline. Etnografisch veldwerkonderzoek, met als doel om het vreemde gewoon te maken en het gewone als iets vreemds te aanschouwen, staat hierin centraal en vormt een belangrijk handelsmerk van de discipline. Het boek laat de ontwikkeling van antropologie zien aan de hand van verschillende artikelen die ingaan op alle aspecten van veldwerk; het onderzoeksveld, de plaats van onderzoekers en informanten, methoden en ethische kwesties. De nadruk ligt hierbij op de trends die in de (nabije) toekomst een rol zullen spelen.
Zo is er onder meer aandacht voor nieuwe onderzoeksvelden. In het artikel van De Koning wordt ingegaan op onderzoek in een urbane setting en wordt daarmee de shift van het ‘vreemde’ naar het (meer) bekende gemaakt. Deze verschuiving vindt niet alleen plaats binnen fysieke omgevingen. De technische vooruitgang heeft totaal nieuwe sociale ruimten gecreëerd die uitdagingen met zich meebrengt. Zo worstelt Becker met de afbakening van het onderzoeksgebied door de vervaging van grenzen.
Daarnaast komt de veranderende positie van onderzoekers en informanten aan bod. Tonnaer gaat in haar artikel in op de parallellen tussen de identiteit van toeristen en onderzoekers. Het tijdelijke karakter hiervan en hoe technologie deze beleving beïnvloed. Het tijdelijke karakter was vroeger veel strakker afgebakend, nu kan men al half weg zijn tijdens de voorbereidingen, maar ook half thuis wanneer op reis. Zeer fascinerend is Sophie Bolts betoog over hoe mensen vorm proberen te geven aan hun identiteit na de dood. Voor de meeste mensen is dit een – niet waarneembare – grens, maar haar informanten handelen grensoverschrijdend in hun streven naar autonomie door hun lichamen te doneren aan de medische wetenschap.
De invloed van technologie wordt in veel artikelen aangehaald. Zo laat Beuving zien welke gevolgen mobiele telefonie heeft op de vorm en invulling van sociale contacten. Het verschaft meer autonomie, diversiteit in contacten en verandert de transactionele inhoud van contacten. Multiplexe sociale verbanden maken plaats voor singleplexe verbanden. Volgens hem zijn nieuwe onderzoeksmethoden nodig om hier meer inzicht in te krijgen.
Op de universiteit wordt ons geleerd dat de toetsbaarheid en verifieerbaarheid van onderzoeken en resultaten cruciaal zijn. Verheijen gaat verder, ze pleit er in haar artikel voor om niet alleen interpretaties open te stellen, maar ook onderzoeksdata. Dit niet alleen voor verifiëring, maar ook als steun voor andere onderzoekers, bijvoorbeeld als historisch vergelijkingsmateriaal. Ze gaat hiermee naar het hart van de discussie die plaatsvindt naar aanleiding van verschillende fraudezaken. Zij is zich er echter terdege van bewust dat privacy een lastig punt hierin is en zocht in haar werk naar een balans waarbij zij ook de grens van de ethiek opgezocht door middel van het gebruik van fictieve personen.
Ik ben onder de indruk van de openheid waarmee verschillende auteurs spreken in het boek, over hun worsteling met ethische kwesties en het zoeken naar de grens hierin. Je hoeft het niet eens te zijn met de manier waarop ze bepaalde dingen aanpakken, maar ik heb respect voor het feit dat ze zichzelf openstellen voor kritiek om zo verder in het debat te komen. Zoals Driessen noemt in een eerder publicatie: “lichte twijfel is inherent aan veldwerkonderzoek (…) Door reflectie en afstand (is het mogelijke om) nieuwe inzichten te verwerven” (2013).
Het boek is een mooie viering van de ontwikkelingen binnen de antropologie en tegelijkertijd een statement van het moderne karakter ervan. Antropologie is niet stoffig, maar staat midden in de actualiteit. Er is veel veranderd, complexer geworden, maar dit maakt antropologie juist aantrekkelijk en dat maakt Het hart van de wetenschap. Over de waarde van veldwerk. zeker duidelijk.
Het hart van de wetenschap. Over de waarde van veldwerk. is vanaf vandaag onder andere verkrijgbaar bij Bol.com:
Het hart van de wetenschap. Over de waarde van veldwerk
Henk Driessen (red.)
Amsterdam: Wereldbibliotheek, 2015
ISBN: 97890284 26016